Eerst moet het geweld stoppen, dan pas kunnen we ons om de waarheid bekommeren

Wie niet rechtstreeks betrokken is in het conflict in het Midden-Oosten, moet vooral kalm en nuchter blijven, schrijft Ariane Bazan. Sophocles reikt ons daartoe handvatten aan in de persoon van Antigone, de dochter van Oedipus.
Ariane Bazan
Donderdag 9 november 2023 om 03:00

https://www.standaard.be/cnt/dmf20231108_96510365

Laios, de koning van Thebe in het Oude Griekenland, verkracht een jongen die aan hem was toevertrouwd. Die jongeling hangt zichzelf uit schaamte op, waarna zijn vader de vloek van Apollo afroept over Laios en zijn nakomelingen. Wanneer die, ongerust over die vloek, het orakel van Delphi raadpleegt, zegt de hogepriesteres: ‘Als uit jouw verbintenis met koningin Iocaste een mannelijke erfgenaam wordt geboren, zal hij zijn vader doden en zijn moeder huwen.’ Laios stoot daarom de zoon af die kort daarop wordt geboren en die dan, dankzij een herder, door het koningspaar van Korinthe wordt opgevoed. Oedipus, zo heet het kind, groeit op tot een trotse jongeman en hij krijgt tijdens een ruzie te horen dat hij een bastaardzoon is. Wanneer hij daarop het orakel raadpleegt, hoort hij dezelfde voorspelling: ‘Je zult je vader doden en je moeder huwen.’ Op zijn terugreis van Delphi kruist hij een oude man. Geen van beiden wil opzijgaan om de ander door te laten en Oedipus slaat de oude man dood. Zwervend komt hij zo aan de toegangspoort van Thebe, die sinds de dood van Laios wordt afgeschermd door een sfinx die aan iedereen die binnen wil een raadsel oplegt. Oedipus kan zonder verpinken antwoorden en verlost de stad. Als beloning mag hij koningin Iocaste huwen. Maar de pest treft Thebe en het orakel geeft aan dat Oedipus de moordenaar van koning Laios moet vinden. Het onderzoek maakt snel duidelijk dat hij zelf de man is die Laios, zijn vader, heeft vermoord en dat hij zijn moeder heeft gehuwd. Het orakel heeft zich voltrokken. Iocaste hangt zich op en Oedipus steekt zich de ogen uit. Het geweld ketst naar de volgende generatie en de twee zonen van Oedipus doden elkaar in een machtsstrijd. Het is pas Oedipus’ dochter, Antigone, die de machtswellust radicaal een halt toeroept en de kant van de beschaving kiest. Zij geeft de broer, die onbegraven moest blijven, alsnog een graf en moet die daad met haar leven bekopen.

In de dodelijke strijd tussen Israël en Hamas zoeken we manieren om de aanvallen al dan niet tegenover elkaar te stellen. We zijn het er snel over eens dat de brutale aanvallen van beide kampen ondraaglijk, onmenselijk en laakbaar zijn. De ‘maar’ die daarop vaak volgt en die Ignaas Devisch (DS 24 oktober) terecht hekelt, is een ‘maar’ die aangeeft hoe we toch een onderscheid willen maken. ‘Maar’ het Palestijnse volk wordt al generaties onmenselijk gebrutaliseerd en dat vormt een voedingsbodem van haat waaruit Hamas kan blijven putten. ‘Maar’ het Israëlische leger heeft hogere ethische standaarden omdat het geen menselijke schild inzet en enigszins burgerslachtoffers probeert te vermijden. We zien dat het effect van zo’n ‘maar’, los van het waarheidsgehalte, telkens olie op het vuur is voor het andere kamp. Zich onthouden van ‘maar’ is daarom soms op zich een daad van vrede. Dat vergt inspanningen, omdat we het net als onze plicht zien om aan te klagen. Er zijn ook altijd, en terecht, betrokken mensen die getuigen en aanklagen. Daarom heeft wie in een gepolariseerd conflict net iets minder emotioneel betrokken is, de plicht om nuchter en kalm te blijven. Niet omdat we geen standpunt hebben, niet omdat we de strijd voor de waarheid opgeven, maar omdat voor alles het geweld moet stoppen – omdat geweld dat geweld uitlokt, ook de zaak voor de waarheid doet verzinken.

Lees ook
Waarom de Holocaust een politiek wapen blijft in het Midden-Oosten

In de familielijn van Laios deint het geweld doorheen de generaties. Oedipus, die verminkt werd en ter dood opgehangen, put hoogmoed uit die vernedering. Hij duldt niet dat iemand in zijn weg staat, laat zich niet door het orakel hinderen en lost onvervaard het raadsel van de sfinx op. Die helderziendheid is de andere zijde van zijn verblinding voor zijn geschiedenis: Oedipus kan niet de maat nemen van de ‘banale’ menselijke angst die zijn vader ertoe bracht hem af te stoten. Integendeel, hij put trots uit zijn uitzonderingspositie. Precies door die verblinding, die zijn wortels heeft in geweld, herhaalt zich de cyclus van dood en incest. Dat dit verhaal geen verdoemenis wordt – wij, mensen, zijn verloren omdat we de grenzen tarten van waar de waarheid nog effect heeft – is alleen aan Antigone te danken. Niet haar pleidooien, maar haar bescheiden handelen – haar minzaam begeleiden van haar schuldige vader, en haar kordate maar radicale keuze voor de beschaving – stopt de geweldspiraal in haar afstammingslijn. Sophocles, die er niet van verdacht kan worden om met die parabel partij te trekken voor het Joodse volk, of voor de Palestijnse zaak, reikt over de millennia heen handvatten voor de zaak van alle mensen.

Ariane Bazan is hoogleraar klinische psychologie en psychopathologie (ULB en Université de Lorraine). Haar column verschijnt vierwekelijks op donderdag.