De zaak-Pelicot: de gewelddadige variant op de fantasie van de schone slaapster

De Standaard, 5 december 2024

De vijftig mannen die Gisèle Pelicot verkrachtten, kickten op haar bewusteloze toestand,schrijft Ariane Bazan. We moeten ons afvragen wat mensen ertoe aanzet een erotische fantasie zo gewelddadig in de praktijk te brengen.

Vorige week kende in de rechtbank van Avignon het wellicht geruchtmakendste verkrachtingsproces uit de Franse geschiedenis zijn voorlopige beslag. Dominique Pelicot (71) staat samen met vijftig andere mannen terecht voor de verkrachting van zijn vrouw, Gisèle Pelicot. De aanklagers eisen gevangenisstraffen van vier tot twintig jaar voor de 51 beklaagden. Het vonnis wordt later deze maand verwacht.

In 2011 begon Pelicot zijn vrouw “aan te bieden” op een gespecialiseerde site via een advertentie met de veelzeggende titel “Buiten haar medeweten”. Hij mengde telkens slaapmiddelen door haar voeding, waarna de beschuldigde mannen haar konden verkrachten terwijl ze compleet bewusteloos en van de wereld was. Dat was al een tiental jaar aan de gang toen een bewaker in een supermarkt Dominique Pelicot in september 2020 betrapte op voyeurisme. Dat leidde tot de inbeslagname van computermateriaal met honderden expliciete verkrachtings­video’s. Op basis van dat beeldmateriaal werden de beklaagden geïdentificeerd.

Het proces is opmerkelijk, zowel door zijn omvang als door zijn uitzonderlijke karakter. De bewusteloze toestand van Gisèle Pelicot zet meteen alle typische pogingen tot victimblaming (“haar houding of kledij suggereerden dat ze erom vroeg”) schaakmat. Ook de overvloed aan filmisch bewijsmateriaal is uitzonderlijk. Bijna alle daders betwistten in eerste instantie dat het om verkrachting ging en beweerden deel te nemen aan een fantasiespel dat het koppel onderling had bedacht. Pas toen ze geconfronteerd werden met de beelden waarop de bewusteloze Gisèle Pelicot en het soms brute geweld te zien waren, lieten de daders de ontkenningsstrategie varen.

De ernst van de gebeurtenissen ontkennen is een hardnekkig fenomeen, zoals onlangs ook bleek na de gevallen van spiking in Kortrijk. Daar dienden zestien jonge vrouwen een klacht in voor verkrachting onder invloed van ketamines, die ze buiten hun weten toegediend kregen in het uitgaansleven.

Het proces-Pelicot kreeg ook een uitzonderlijk politieke dimensie toen Gisèle Pelicot in september onverwacht de beslotenheid van het proces ophief en toestemming gaf om het beeldmateriaal vrij te geven. Door die moedige zet keerde ze de rollen om en zette ze haar man en de 50 andere beklaagden voor de ogen van de wereld in hun blootje.

De feiten voeden het idee van een ‘verkrachtingscultuur’, waarbij seksueel geweld mee het gevolg is van de dominantie van mannen over vrouwen in een patriarchale samenleving. Ook in dat opzicht is dit proces bijzonder boeiend. Vooreerst zijn er de woorden van Gisèle Pelicot zelf: “Ik draag deze strijd op aan alle mensen, vrouwen en mannen, die over de hele wereld het slachtoffer zijn van seksueel geweld.” Hoewel ze makkelijk open deuren had kunnen intrappen, verraste ze opnieuw met die politiek verbindende woorden.

Nog een ander aspect van de zaak bemoeilijkt een karikaturale, patriarchale lezing. Pelicot en haar naasten benadrukten herhaaldelijk de cruciale rol van de bewaker die haar man betrapte terwijl hij filmde onder de rokken van klanten in de supermarkt. Over voyeurisme wordt vaak lacherig gedaan, maar in dit geval was de bewaker erg doortastend. In niet mis te verstane bewoordingen gaf hij te kennen: “Je bent een smerige viezerik. Je mag van geluk spreken. Ik zweer het je, als het mijn moeder was, had ik je kop eraf gerukt.” We weten ondertussen dat die interventie wellicht Gisèle Pelicots redding is geweest: haar gezondheidstoestand verslechterde zienderogen door de aanhoudende toediening van slaapmiddelen.

Sociologische analyses omtrent het patriarchaat zijn dus misschien te veralgemenend om tot de vragen te komen die er echt toe doen. Dominique Pelicot, die geen geld vroeg aan de andere verkrachters, kickte wellicht louter op de verregaand sadistische fantasie van zijn vrouw over te leveren aan andere mannen. De mannen die langskwamen, kickten dan weer op haar bewusteloze toestand, in een bijzonder gewelddadige variant van de fantasie van de ‘schone slaapster’, die ook in de mythologie en de literatuur terugkomt. De klinische ervaring leert dat grensoverschrijdende fantasieën zowel bij mannen als bij vrouwen de seksuele opwinding voeden, maar veelal beperkt blijven tot gedachten, die soms uitgesproken en vertolkt worden binnen de intimiteit tussen instemmende partners.

De echt belangrijke vraag is dan ook: wat kan ertoe leiden dat die fantasie kantelt naar misdadige uitingen van seksuele transgressie? Daarin kunnen culturele factoren een rol spelen. Maar misschien is het minder dringend om een sociologisch profiel op te stellen van een identificeerbare groep waarbinnen het kwaad zou huizen, dan wel om te begrijpen hoe seksuele opwinding functioneert, en waarom ze soms ontspoort. Die vraag, die een intrinsiek psychologische vraag is, belooft wellicht bij te dragen tot een grotere onderlinge verstandhouding tussen mensen, in alle kleuren en varianten.